Brilbeer
Koninkrijk
Fylum
Onderstam
Klasse
Volgorde
Onderorde
Familie
Soort
SOORTEN
Tremarctos ornatus
Grootte van de populatie
2,5-10 Thou
Levensduur
20-36 years
Top snelheid
48
30
km/hmph
km/h mph 
Gewicht
35-200
77-440
kglbs
kg lbs 
Hoogte
60-90
23.6-35.4
cminch
cm inch 
Lengte
120-200
47.2-78.7
cminch
cm inch 

De brilbeer (Tremarctos ornatus) is de enige nu nog levende soort in het geslacht Tremarctos van de beren (Ursidae). Het is een middelgrote beer waarvan kop en romp 1.20 tot 1.75 m lang zijn, met een dichte, lange, ruige, zwarte tot donkere roodbruine vacht met roomwitte vlekken op de kin, nek en borst, en vaak rond de snuit en ogen. Het is de enige berensoort die van nature in Zuid-Amerika leeft, waar hij voorkomt in het tropische Andesgebergte van Venezuela, Colombia, Ecuador, Peru, Bolivia en het noordelijkste puntje van Argentinië. De brilbeer wordt beschouwd als kwetsbaar door de International Union for Conservation of Nature and Natural Resources (IUCN) en is opgenomen in CITES-bijlage I. De belangrijkste bedreigingen zijn verlies en versnippering van leefgebieden, illegale jacht, conflicten tussen mens en beer en hoogstwaarschijnlijk klimaatverandering.

Uiterlijk

De brilbeer is een middelgrote beer met afgeronde oren en een korte staart. De voorpoten zijn langer dan de achterpoten, de gebogen klauwen kunnen niet ingetrokken worden en het dier loopt op de vlakke handen en voeten. Zijn vacht bestaat uit dicht, lang en grof haar. De kleur van de vacht varieert van zwart of zwartachtig bruin tot zwartachtig rood. Individuele beren vertonen meestal witte, roomkleurige of gelige vlekken rond de ogen, die doorlopen naar de snuit, wangen, keel, nek en borst. Deze markeringen zijn zeer variabel over het verspreidingsgebied van de brilbeer, niet alleen in kleur maar ook in grootte, en ze kunnen variëren van prominent tot volledig afwezig. Toch ze zijn het meest onderscheidende uiterlijke kenmerk van de brilbeer. Als de vlekken aanwezig zijn, vallen ze meer op bij de jonge beren, terwijl bij volwassenen de gezichtsvlekken dunner kunnen worden naarmate ze ouder worden. De vorm van de vlekken duidt niet op familierelaties tussen individuen. Zoals alle beren, zijn bij de brilbeer de mannetjes veel groter dan de vrouwtjes. Volwassen mannetjes zijn zo'n 50% groter dan vrouwtjes. De schedel van de mannetjes is met 22,5 tot 25 cm ook langer dan die van de vrouwtjes met 18 tot 23 cm. De mannetjes hebben een goed ontwikkelde beenkam in de lengte over de schedel lopen die bij vrouwtjes afwezig of veel kleiner is. Het mannetje is met ongeveer 150 kg een stuk zwaarder dan het vrouwtje dat zo'n 60 kg weegt. De staartlengte is 7 tot 12 cm. In gevangenschap kunnen deze beren ruim veertig jaar oud worden.

Laat meer zien

De brilbeer heeft geen onderbreking in de tandenrij tussen de hoektand en de kiezen, in tegenstelling tot de insectenetende (bijvoorbeeld de kraagbeer) en vleesetende (bijvoorbeeld de ijsbeer) beren. De tandformule van de volwassen brilbeer is 3.1.4.23.1.4.3 × 2 = 42, dat wil zeggen drie snijtanden, een hoektand, vier valse kiezen en twee ware kiezen in elke helft van de bovenkaak, en drie snijtanden, een hoektand, vier valse kiezen en drie ware kiezen in elke helft van de onderkaak. De schedel van de brilbeer is breed en zwaar met dikke botwanden en een hoge botdichtheid. Deze kenmerken passen bij een omnivoor dieet met een hoge consumptie van planten. T. ornatus heeft bladvormige hoektanden met vergrote kiezen, karakteristieke eigenschappen van allesetende soorten. De tong is breed (3,5 cm). De lippen zijn groot en flexibel, zoals bij alle beren. Het hersengewicht van een beer in gevangenschap was 240 g. De beren hebben drie keelzakken die wellicht een rol spelen bij het maken van geluiden.

Laat minder zien

Video

Klimaatzones

Brilbeer leefomgevingskaart
Brilbeer
Attribution-ShareAlike License

Gewoonten en leefwijze

Net als andere berensoorten is de brilbeer een solitair dier. Ze ontlopen elkaar en zijn daarbij niet territoriaal. Ontmoetingen met mensen of met andere brilberen verlopen gedwee maar wel met de nodige voorzichtigheid. Als de moeder jongen heeft kan dit gedrag wel anders zijn, net als bij andere beren. Er zijn voorvallen bekend waarbij stropers zijn aangevallen door vrouwtjes met jongen.

Laat meer zien

De brilbeer is over het algemeen solitair, maar blijft tijdens de paringsperioden in stellen bijeen. Wanneer veel voedsel op een plaats aanwezig is, vormen beren soms grotere groepen om gewassen, landbouwafval of veekarkassen te eten. De brilbeer is meestal overdag actief, vooral tussen 6 en 10 uur. In Ecuador passen de brilberen hun activiteitenpatronen aan als er wilde honden actief zijn naar naar een piek tussen 12.00 en 14.00 uur. Kannibalisme is zeldzaam, maar er zijn twee gevallen gemeld in Ecuador. In één geval werd een wilde brilbeer neergeschoten door een jager en later opgegeten door andere beren. Een ander incident deed zich voor in Cayambe Coca National Park (Ecuador), waar een gereïntroduceerde vrouwelijke beer dood werd aangetroffen met tekenen van predatie toegeschreven aan een grote mannelijke beer. Boomnesten bestaan uit een platform en een ovale verdieping. Er wordt gebruik gemaakt van verschillende boomsoorten, zoals Benchesia, Ficus, Cedrela, Clusia en Podocarpus.

De brilbeer gebruikt verschillende habitattypen, van struikgewaswoestijn tot subalpiene páramos op hoogtes tussen 200 en 4.170 m, maar toont een voorkeur voor hoger gelegen bossoorten zoals vochtige bergbossen, dwergbossen en Andes-nevelwouden, graslanden op grote hoogte, páramo's, Polylepis-bos en eikenbossen. Lager gelegen habitats worden minder gebruikt, maar in het seizoen maken de beren bijvoorbeeld gebruik van het tropisch Amazonewoud in Peru en tropische droge kustbossen, op 140 en 1.300 m hoogte. De omvang van het leefgebied van brilberen verschilt sterk (tussen 6 en 60 km2 voor mannetjes) en de leefgebieden van mannetjes zijn gemiddeld zo'n drie maal groter dan die van vrouwtjes. De brilbeer en bergtapirs komen vaak samen voor in ecosystemen op grote hoogte, zoals het Andesbos en de páramo, maar er is één melding van een aanval door een brilbeer op een bergtapir. Wanneer wilde honden voorkomen, neemt de populatiedichtheid van de beren af en veranderen hun activiteitenpatronen om de honden te ontlopen. Mestkevers voeden zich met de berenmest.

Laat minder zien
Seizoensgebonden gedrag

Dieet en voeding

Het voedsel dat de brilbeer eet varieert met de seizoenen en is afhankelijk van de beschikbaarheid van fruit en andere voedselproducten en de beren kunnen migreren om aan voedsel te komen. Hoewel planten (ruim 300 verschillende plantensoorten) het merendeel van het voedsel uitmaken, wordt de brilbeer beschouwd als een opportunistische alleseter, met een hoge voorkeur voor consumptie van de groeiende toppen van planten en vruchten. Bromelia's, palmen, bamboe en fruit van Ericaceae en Lauraceae zijn de belangrijkste voedingsmiddelen die in het dieet worden geïdentificeerd. In droge gebieden in het noorden van Perú eten de beren regelmatig cactussen. Beren kunnen een belangrijke rol spelen bij het verspreiden van zaden van verschillende soorten, zoals Gaultheria vaccinioides, soorten Lauraceae en Styrax ovatus. De brilbeer eet verschillende landbouwgewassen zoals maïs, suikerriet en banaan, waardoor conflicten met menselijke gemeenschappen ontstaan. In berenpoep zijn resten gevonden van dieren als cavia's, agouti's, gordeldieren, neusbeertjes en vicuña's. De brilbeer jaagt op levende dieren, zoals ezels, koeien en schapen, maar eet ook aas. Ook zijn er stukjes plastic gevonden in uitwerpselen.

Paringsgewoonten

PARINGSGEDRAG

Normaal voortplantingsgedrag zoals gezien in gevangenschap omvat niet-agressieve gevechten en meerdere copulaties (2-8 copulaties) met tussenpozen van 8-60 minuten. Tijdens de zwangerschap bouwen en gebruiken de vrouwtjes holen. Het nesthol is ongeveer 2 m lang en 1 m breed met een beschutte kom in het midden die 1,5 m lang, 80 cm breed en 50 cm diep is. Het gebied rond het hol is schoon zonder uitwerpselen of sterke geuren om te voorkomen dat potentiële roofdieren worden aangetrokken. Het hol wordt ongeveer 9-12 weken na de geboorte gebruikt. Holen kunnen het hele jaar door worden gebruikt als de jongen volwassen zijn. Tijdens het zogen kunnen vrouwtjes tot 48 uur lang moederholen verlaten om voedsel te zoeken. De lange tijd weg van de jongen kan te wijten zijn aan antropogene effecten van verlies van leefgebied, met langere afstanden in gebieden met meer leefgebiedverlies. Volwassen vrouwtjes kunnen de jongen zelfs voor langere tijd in de steek laten vanwege een gebrek aan voedsel. De paring vindt meestal plaats tussen april en juni. De jongen, die bij de geboorte ongeveer 325 g wegen, worden meestal geboren in een periode met een ruim voedselaanbod. Een paar blijft meestal 1 tot 2 weken samen. De ogen van de jongen openen zich na 42 dagen. Ze verlaten het nest na 3 maanden, maar blijven wel nog tot hun 2de jaar bij de moeder. Ze leren van haar waar ze voedsel kunnen vinden, wat eetbaar is en wat gevaarlijk. De vader neemt geen deel aan de zorg voor de jongen. De kans is zelfs aanwezig, dat ze door hem worden aangevallen.

Populatie

Coloring Pages

Referenties

1. Brilbeer artikel op Wikipedia - https://nl.wikipedia.org/wiki/Brilbeer
2. Brilbeer op de IUCN Rode Lijst-site - https://www.iucnredlist.org/species/22066/123792952

Meer fascinerende dieren om over te leren