De weka (Gallirallus australis) is een grote bruine loopvogel met als verspreidingsgebied diverse eilanden van Nieuw-Zeeland inclusief de Chathameilanden.
Da
DagdierenAl
Allesetende dierenEen omnivoor of alleseter is een dier dat zowel plantaardig als dierlijk voedsel kan eten om te overleven.Een overwegend carnivoor dier dat ten min...
Te
TerrestrischeEi
EierleggendOviparie is het verschijnsel dat dieren zich voortplanten door middel van het leggen van eieren. Anders dan bij vivipare (levendbarende) dieren ont...
Lo
LoopvogelsTe
TerritoriaalEen territorium of revier is bij dieren een tegen soortgenoten verdedigd leefgebied, hetzij door een individu, hetzij door een sociale groep. Het i...
Mo
Monogame dierenMonogamie is het aangaan van een relatie met één partner.Wanneer iemand meerdere malen achtereenvolgens één partner tegelijkertijd heeft, wordt...
Ov
Over het algemeen solitaire dierenGe
Geen migrantW
begint metDe vogel is 46 tot 60 cm lang, mannetjes zijn gemiddeld 10 cm langer. De vogel is onmiskenbaar, het is een grote ral die niet kan vliegen met een forse snavel en poten en (voor een ral) een relatief lange staart. De vogel varieert sterk in kleur, sommige dieren zijn kastanjebruin, maar er zijn ook vormen die grijs of geheel zwart van kleur zijn. Van boven heeft het verenkleed zwarte vlekken, van onder is de vogel meestal lichter.
Omdat de vogel een bijzonder nieuwsgierig karakter heeft en niet kan vliegen was hij een gemakkelijke prooi voor de Maori's en de vroegere Europese kolonisten.
Nu wordt de Weka onderverdeeld in vier ondersoorten waarvan sommige met uitsterven bedreigd worden.
Het leefgebied bestaat uit een groot aantal landschapstypen, zoals bossen en bosranden, struikgewas, drasland zowel langs zeekusten als in het binnenland en zelfs sterk door mensen beïnvloed terrein zoals akkers, gazons en aangeplant bos. De vogel is omnivoor en foerageert op vruchten, maar ook op ongewervelde en gewervelde dieren.
De grootte van de populatie werd in 2012 door BirdLife International geschat op 71 tot 118 duizend individuen en de populatie-aantallen nemen af door habitatverlies. Plaatselijk worden leefgebieden aangetast door ontbossing waarbij natuurgebied wordt omgezet in gebied voor agrarisch gebruik en menselijke bewoning. Verder vallen er veel slachtoffers door verkeer en door predatie door ingevoerde roofdieren. Om deze redenen staat deze soort als kwetsbaar op de Rode Lijst van de IUCN.